Interview door Yrla van de Ven voor Vuurwerk magazine
De komst van grootschalige boerenbedrijven brengt veel verandering teweeg in ruraal Zambia. Door de komst van de nieuwe bedrijven neemt de competitiedrang van lokale boeren toe, vooral van vrouwen met een kleine boerderij. Ook hebben vrouwen vaker betaald werk en zowel moeders als dochters gaan zich competitiever gedragen. In gedragseconomische studies wordt competitiviteit gemeten door te kijken op welke manier deelnemers taken uitvoeren waarbij concurreren meer wordt beloond dan de eigen prestaties. Dit bootst situaties na zoals de concurrentie om banen, promoties, klanten en sport.
De onderzoekers bezochten de districten Mumbwa en Mkushi, waar recent twee grote boerenbedrijven zijn gestart (van respectievelijk 30.000 hectare en 4.000 hectare) in de buurt van kleinschalige boerengemeenschappen. Ter vergelijking: 90 procent van de boeren in Zambia bewerkt een stuk grond van minder dan 5 hectare.
De onderzoekers verzamelden administratieve data en voerden verschillende experimenten uit in 29 dorpen dichtbij en verder weg van de nieuwe boerderij. De dorpen werden willekeurig (random) geselecteerd, zodat ze met elkaar kunnen worden vergeleken. Kacana Sipangule licht toe: “In de dorpen dichterbij de nieuwe grootschalige boerenbedrijven vinden we meer competitief gedrag. Dit kan worden geïnterpreteerd als een positief spillover effect van marktintegratie. Wat ook opvalt is dat in de dorpen verder weg, de mannen competitiever zijn dan de vrouwen. Terwijl in de dorpen dichtbij de nieuwe boerderijen de vrouwen even competitief zijn als de mannen.”
Competitief gedrag is belangrijk
Competitief gedrag van lokale boeren is van belang omdat het ze kan motiveren om hun productiviteit te verhogen, waarmee ze hun leefomstandigheden kunnen verbeteren. Ook kan het ze inspireren om een carrière buiten de traditionele kleinschalige landbouw na te jagen.
De komst van grootschalige boerenbedrijven lijkt ook de rolverdeling binnen huishoudens te veranderen. “In de dorpen verder weg van de nieuwe bedrijven is het zorgen voor de kinderen vooral een taak van de vrouwen. Opvallend genoeg zorgen mannen en vrouwen in de dorpen dichtbij de nieuwe bedrijven even veel voor de kinderen. De vrouwen in die dorpen hebben twee keer zo vaak betaald werk, en het lijkt erop dat ze daarom de huishoudtaken delen met hun man,” licht Sipangule toe.
Rolmodellen
Er is ook sprake van intergenerationele gevolgen. De kinderen van de families die dichtbij de nieuwe bedrijven wonen laten meer competitief gedrag zien dan de kinderen die verder weg wonen. Menusch Khadjavi: “Het zou kunnen dat de moeders die beginnen met betaald werk als rolmodel gaan fungeren voor hun dochters, die vervolgens competitiever worden. We hebben dat nu niet onderzocht, maar een andere studie in de provincie Copperbelt in Zambia wijst wel in die richting.”
Maar er is ook een andere mogelijke verklaring: “Het zou ook kunnen dat de kinderen competitiever worden omdat de vaders meer tijd gaan doorbrengen met hun dochters wanneer hun vrouw vaker van huis is voor werk,” aldus Khadjavi. “Dit rolmodel effect wordt gevonden in psychologisch onderzoek en komt overeen met onze onderzoeksresultaten in Zambia.”
Wil je meer lezen over dit onderzoek? Lees dan dit artikel in Vuurwerk magazine.
Meer weten?
Lees het volledige onderzoek in het wetenschappelijke tijdschrift World Development.
Meer weten over het onderzoek van VU School of Business and Economics? Neem contact op met wetenschapsredacteur Yrla van de Ven, y.f.van.de.ven@vu.nl of 06-26512492.