Onderzoekers arbeid, risico en recht Jan Popma en Wes Damen van de Vrije Universiteit Amsterdam (VU) stellen dat we AI moeten omarmen, maar ook goed moeten reguleren om werkplezier, privacy en veiligheid te waarborgen.
AI in de praktijk: een dubbelzijdig zwaard
In 2024 werd de Europese AI Act van kracht, die AI in goede banen moet leiden. Systemen die een hoog risico voor werknemers met zich meebrengen, zoals AI die personeel evalueert, moeten voldoen aan strenge regels. Zo moeten ontwikkelaars en aanbieders een risicobeoordeling uitvoeren en maatregelen nemen om schade te voorkomen. Werkgevers hoeven zich echter slechts aan de handleidingen van leveranciers te houden. Dat klinkt als een logische aanpak, maar volgens Damen laat dit werknemers vaak onbeschermd. ‘Het is de vraag in welke mate deze aanpak voldoende bescherming kan bieden aan werkers; gaan deze handleidingen van leveranciers werkelijk de koe bij de hoorns vatten wat betreft risico’s en (on)veiligheid, of gaat er geprobeerd worden onder aansprakelijkheden uit te komen? Als we de koppeling van de AI Act met bestaande arbeidsomstandighedenwetgeving nu niet goed regelen, is de kans groot dat werkers worden blootgesteld aan de risico’s van het gebrekkig reguleren van technologie op de werkvloer.’
Ondernemingsraden: cruciaal voor de bescherming van werknemers
Hoewel de AI Act strenge eisen stelt aan AI-ontwikkelaars, biedt de wet weinig houvast voor werkgevers. ‘Werkgevers kunnen niet zomaar achteroverleunen,’ zegt Popma. ‘Ondernemingsraden (OR’s) moeten betrokken worden bij de besluitvorming rondom AI-implementatie. Het adviesrecht van de OR is een krachtig middel om de impact op werknemers te beoordelen en AI-systemen verantwoord in te voeren.’ De wetgeving biedt echter weinig concrete richtlijnen voor de manier waarop de impact van AI op werknemers geëvalueerd moet worden. Popma en Damen pleiten daarom voor duidelijke richtlijnen voor ondernemingsraden. ‘Het is essentieel dat OR’s weten waar ze op moeten letten bij de invoering van AI’, zegt Damen. ‘Dit vereist een nauwe samenwerking tussen werknemers, werkgevers en toezichthouders zoals de Autoriteit Persoonsgegevens.’
AI en welzijn: waar blijven de richtlijnen?
Naast de AI Act moeten werkgevers ook rekening houden met de Arbowet, die vereist dat werkgevers een veilige en gezonde werkomgeving bieden. Maar volgens Popma en Damen ontbreekt het aan specifieke richtlijnen over de risico's van AI voor het welzijn van werknemers. ‘AI kan bijvoorbeeld tot overbelasting of stress leiden als AI niet goed wordt geïntegreerd in de werkprocessen,’ zegt Popma. Hij stelt voor om bestaande beoordelingssystemen zoals de WeBA-methodiek te gebruiken, die werkdruk en welzijn meet aan de hand van factoren zoals autonomie en taakvariatie. ‘We moeten proactief kijken naar de risico’s voor de gezondheid van werknemers wanneer we AI toepassen’, aldus Popma.
De toekomst van AI op de werkvloer
Hoewel AI enorme kansen biedt, waarschuwen Popma en Damen dat het zonder duidelijke spelregels ten koste kan gaan van werkplezier en werknemersrechten. ‘We moeten ervoor zorgen dat we de controle behouden over hoe AI op de werkvloer wordt ingezet,’ zegt Popma. ‘De technologie is geavanceerd, maar we moeten als samenleving slimmer zijn en de risico’s goed beheren. Het is van belang dat werknemers en ondernemingsraden hun stem laten horen en actief bijdragen aan een AI-vriendelijke werkvloer.’
Aangezien de wetgeving rond AI nog in ontwikkeling is, kunnen bedrijven en werknemers zelf ook een belangrijke rol spelen door samen richtlijnen op te stellen voor verantwoord gebruik van AI. ‘Als een AI-systeem wordt geïntroduceerd, is het essentieel dat er duidelijkheid wordt gevraagd: hoe werkt het systeem precies, welke data worden gebruikt en wat zijn de mogelijke risico’s? Bovendien is het belangrijk om in gedachten te houden dat AI-systemen niet statisch zijn; ze ontwikkelen zich voortdurend’ vult Damen aan. Daarom moeten regelmatig evaluaties plaatsvinden en zo nodig worden bijgestuurd om ervoor te zorgen dat AI op een verantwoorde en veilige manier wordt ingezet.
Het artikel Medezeggenschap bij de introductie van algoritmisch management van Popma en Damen verschijnt in april in het Tijdschrift Recht en Arbeid.