Leren lesgeven en leraar zijn, je doet het allemaal tegelijk met de Educatieve minor. Wat je de ene dag leert tijdens het college, breng je de volgende dag al in de praktijk bij je stageschool.
De Educatieve minor wordt gegeven in het eerste semester van het derde studiejaar (vanaf de startweek in augustus t/m januari) en is opgedeeld in twee fases. In beide fases draait het om twee vakken: Didactiek en Praktijk.
Je volgt één dag per week colleges op de VU en loopt in dezelfde periode 4 tot 5 dagdelen stage op een middelbare school. Een efficiënte manier van leren: de lesstof die in de colleges wordt behandeld, pas je direct toe in de praktijk en kun je vaak de week daarna al evalueren.
Hoewel je oefent als leraar in het voortgezet onderwijs komen de vaardigheden die je ontwikkelt goed van pas in tal van andere beroepen.
Colleges
De colleges voor de minor educatie vinden plaats op de VU op maandag. Je volgt het vak Didactiek dat is opgedeeld in drie onderdelen: Algemene didactiek, Vakdidactiek en de peergroup.
Bij Algemene didactiek leer je wat er komt kijken bij het ontwerpen en uitvoeren van onderwijs. Je krijgt handvatten om leerlingen te motiveren en verdiept je in de ontwikkelingsfasen van jongeren, en hoe je een veilig leerklimaat kunt scheppen. Samen met vakgenoten volg je het werkcollege Vakdidactiek waarbij belangrijke vakdidactische concepten en werkwijzen aan bod komen. Tijdens de peergroupbijeenkomsten werk je samen met andere minorstudenten in kleine groepen. Hier bespreek je en analyseer je met medestudenten de ervaringen die je tijdens je stage hebt opgedaan en verbind je je ervaringen met de theorie.
Stage
Je begint de Educatieve minor direct met oefenen in de praktijk, al in de eerste week ga je stagelopen. Maar je start niet meteen voor de klas: eerst kijk je de kunst af bij ervaren docenten. Je loopt een dag met een klas mee en gaat vervolgens in gesprek met de docenten en de leerlingen. Daarna begin je met het geven van deellessen. Je legt bijvoorbeeld een nieuw begrip uit of bespreekt een opdracht met de leerlingen. Gaandeweg krijg je meer verantwoordelijkheid voor het ontwerpen en uitvoeren van de lessen en voel je steeds zelfverzekerder als leraar in het voorgezet onderwijs.
Stageplekken via de VU
Je hoeft je geen zorgen te maken over het vinden van een stageplek. Dit doet de VU voor je bij een middelbare school in regio Amsterdam of Noord-Holland. Je bent 4 tot 5 dagdelen per week actief op je stageschool, op dinsdag, woensdag, donderdag en/of vrijdag. Met de werkplekbegeleider op school maak je afspraken over de invulling van de stage.
Persoonlijke begeleiding
Voor de klas staan is pittig. De VU hecht daarom veel waarde aan begeleiding van studenten en werkt nauw samen met de begeleiders op de scholen. Iedere student heeft een mentor, vaak is dat de vakdidacticus. De lijnen zijn kort en je krijgt gerichte feedback op lesontwerp en lesgeven, aan de hand van videomateriaal en lesbezoek. Samen met de werkplekbegeleider bekijkt en beoordeelt de mentor jouw prestaties en voortgang. Minorstudenten leren ook van elkaar en delen ervaringen in peergroups. In een informele sfeer is er gelegenheid medestudenten om advies te vragen over situaties uit de dagelijkse lespraktijk.
Nieuwsgierig naar onze docenten en opleiders? Bekijk de profielpagina's van de medewerkers van de VU Lerarenacademie.
Startweek
We starten de opleiding met de startweek op maandag 26 augustus, donderdag 29 augustus en vrijdag 30 augustus 2024.