Het eerste jaar van de ambtsopleiding bestaat uit inleidende vakken en een stage. Studenten worden aangemoedigd om theorie en praktijk met elkaar te verbinden. Op zoek naar de eigen unieke stijl als boeddhistisch geestelijk verzorger. De vakken van het tweede jaar bieden verdieping en wederom gelegenheid om de boeddhistische leer te verbinden met het professionele functioneren.
Tegen het einde van de opleiding wordt het onderwijs steeds individueler en hebben studenten meer ruimte om zelf invulling te geven aan de inhoud van de modules. Het geheel wordt afgesloten met een portfolio waarin studenten terugkijken op de opleiding als geheel, hun vakbekwaamheid aantonen en reflecteren op ontwikkeldoelen. Het beroep van (boeddhistisch) geestelijk verzorger vraagt immers om life long learning.
De vakken van de ambtsopleiding worden op woensdagen gegeven.