De bijbelwetenschap concentreert zich op de rijk geannoteerde taalkundige database van het ETCBC (Eep Talstra Center of Bible and Computer) en onderzoekt hoe deze database gebruikt kan worden in nieuwe richtingen van bijbelonderzoek. Hierbij wordt gebruik gemaakt van discoursanalyse, Machine Learning, statistische analyse en computerlinguïstiek. Dit team bouwt voort op een lange en succesvolle traditie van het toepassen van digitale benaderingen bij het bestuderen van Hebreeuwse teksten sinds de start van de Werkgroep Informatica Vrije Universiteit (WIVU) in de jaren zeventig van de vorige eeuw.
Een voorbeeld is het in april 2021 bekroonde project "Morphological Parser for Inflectional Languages Using Deep Learning" (e-Science Center). De digitale benadering vindt plaats in een voortdurend gesprek met andere benaderingen die niet noodzakelijk digitaal zijn, waaronder bijbelse theologie, de studie van de oude versies van de Bijbel, en Hebreeuwse en Aramese taalkunde.
Het betrekken van andere teksten en tradities verkend de specifieke karakteristieken van onderzoek naar andere taalkundige artefacten, van het grote corpus aan hindoeïstische en boeddhistische literatuur tot patronen in hedendaagse Christelijke aanbiddingsliederen, van Aramese toverschalen tot een netwerkanalyse van commentatoren op de Koran.
Dit vergemakkelijkt niet alleen het onderzoek naar deze religieuze bronnen, maar wakkert ook een diepgaande methodologische discussie aan over wat alle computationele benaderingen gemeen hebben. Hoe verhouden deze zich tot de complexe interactie van computationele berekening en tekstuele interpretatie, ongeacht taal en corpora. De basis voor deze verbreding werd gelegd in de workshop “Processing Ancient Text Corpora” in het Lorentz Center (februari 2020, vervolgbijeenkomst februari 2021), waarin datawetenschappers, informatici en wetenschappers uit verschillende geesteswetenschappelijke disciplines samenkwamen om gemeenschappelijke uitdagingen en samenwerkingsmogelijkheden te bespreken.