Communicatiewetenschappers Konijn en Hoorn hebben zorgrobot Alice ontwikkeld. Alice kan eenzaamheid verlichten bij ouderen en ondersteuning bieden aan zelfredzaamheid van deze doelgroep. In gesprek gaan met een robot blijft echter nog science fiction aangezien het erg moeilijk is Alice zo te programmeren dat ze ook echt begrijpt waar een gesprek over gaat als het niet via een script wordt uitgevoerd.
Taal is heel sociaal. Mensen passen taal aan, aan de hand van hun sociale relaties. Dat maakt taal efficiënter en de relatie intiemer. Een robot moet dus weten wie hij voor zich heeft en hoe de robot zich tot deze persoon verhoudt. Vandaar dat Vossen, hoogleraar Computationele Lexicologie, nu ook betrokken is bij de doorontwikkeling van de zorgrobot.
Vossen heeft eerder de software ‘Leolani’ ontwikkelt, dat ‘stem uit de hemel’ betekent in het Hawaïaans. Deze software is zo geprogrammeerd dat het wilt leren over zijn gesprekspartner en de context waarin een gesprek plaatsvindt.
Het perfectioneren van de zorgrobot heeft een nieuwe versie opgeleverd: Alice 2.0. Alice 2.0 is uitgerust met een combinatie van haar eigen software en Leolani. Door training, hopen Vossen, Hoorn en Konijn dat de gesprekken die Alice uitvoert, steeds beter worden.
Binnen dit onderzoeksproject slaan de sociale wetenschappen, taalwetenschap en kunstmatige intelligentie de handen ineen om taaltechnologie te verbeteren. Robot Alice 2.0 wordt momenteel volop getest in het VU medialab en in verschillende zorgcentra.